zondag 26 januari 2020

Friese kapiteins (43) : Harmen van Wonsdorp


Friese kapiteins (43) : Harmen van Wonsdorp

In deze serie worden de Friese kapiteins behandeld, die in de 16e en 17e eeuw in het 'Friesche Nassause Regiment' dienden.
Het is een lange rij van vooral adellijke officiers, van wie meestal nog niet eerder een minibiografie is verschenen.


Achtergrond
Deze Harmen heeft zich waarschijnlijk genoemd naar de plaats waar hij, of zijn voorouders, oorspronkelijk vandaan komen.
Met deze Wonsdorp wordt zeer waarschijnlijk het Duitse Wunstorf nabij Hannover bedoeld.
Op www.allefriezen.nl staan overigens meer vermeldingen van soldaten uit Wunstorf/Wonsdorp.
Zijn familienaam wordt ook wel als Wonstorf geschreven.

De plaats Wunstorf, nabij Hannover
(Google Maps)


Over de verdere achtergrond van deze Harmen is echter verder helaas nog niets bekend.
Hij trouwde echter op 9 december 1603 te Leeuwarden met Lysabeth Pieters.
In deze trouwakte wordt vermeld dat Herman sergeant is onder hopman Idzart van Grovestins.
Hij zit dan in de Bomster Niezijl schans, een strategisch punt bij de grens tussen Groningen en Friesland.

Trouwakte Herman Hermans van Wonsdorp en Lysabet Pieters op 9-12-1603 te Leeuwarden.
(bron: www.familysearch.com)


Harmen zal omstreeks 1580 geboren zijn, maar zijn ouders zijn helaas niet bekend.

Op 26 mei 1619 wordt een Hans Hansen Wonsdorp burger binnen Sneek.
Hiermee zal wellicht onze Harmen Harmens bedoeld zijn.
Er is echter geen 100% zekerheid hieromtrent, maar het is op zijn minst opvallend te noemen dat de voornamen wel erg lijken op Harmen Harmens en dat in combinatie met de toenaam Wonsdorp maakt het wel aannemelijk.
Vervolgens trouwt deze Hans Hans van Wonsdorp op 15 november 1619 te Sneek met Geert Beerns.
Ze zijn in de huwelijkse staat bevestigd door de Sneker predikant Tobias Tegneus.


Trouwakte van Hans Hans van Wonsdorp en Geert Beerns op 15 november 1619 te Sneek.
(www.familysearch.com)


Vervolgens worden in Sneek twee kinderen van Harmen geboren, waarbij echter als moeder nu een Mary wordt genoemd.
Het lijkt niet onmogelijk dat dit twee kinderen uit een relatie met die Mary zijn.
Op 8 januari 1619 wordt Elske gedoopt en op 10 maart 1623 Hendryck.
Deze Elske komt later weer voor met de toenaam Spanjaert!

Harmen zijn vrouw Lijsbeth Pieters leefde echter in 1632 nog te Leeuwarden en wordt dan weduwe van 'Harmen Spaenier van Wonsdorp' genoemd. Bovenstaand huwelijk met die Geert Beerns en de twee kinderen met Mary blijft dus een onzeker verhaal en het zou dus ook nog om een andere Wonsdorp kunnen gaan, bijvoorbeeld zijn gelijknamige zoon. Echter zouden er dan zo'n twintig jaren tussen de kinderen uit het 1e en 2e huwelijk zitten.

Zijn zoon, ook weer een Harmen Spanjaard werd ook weer kapitein, evenals zijn kleinzoon Herman Spanjaert van Wonsdorp.
Deze laatste trouwde in 1667 als sergeant in de Duitse vestingplaats Leerort, waar toen Nederlandse compagnies gelegerd waren.

In 1625 overlijdt onze Harmen van Wonsdorp in de Ommerschans, welke hij nog had

laten oprichten een paar jaar eerder.

Het 'plan' van de Ommerschans



Bijnaam Spanjaard
Harmen van Wonsdorp werd meestal met de toenaam 'Spanjaard' genoemd, omdat hij een 'groot buitloper' was geweest en hij daarbij veel Spanjaarden gevangen had genomen en omgebracht.
Zijn nakomelingen namen deze bijnaam 'Spanjaard' aan als vaste achternaam, waarbij Wonsdorp later dus verdween.
Nog steeds zijn er nakomelingen met deze achternaam, waarmee de herinnering levend wordt gehouden aan deze roemruchte kapitein.

Militaire carrière
Van de vroege carrière van Harmen weten we nog niet zoveel, alleen dat hij 1603 sergeant is in de compagnie van kapitein Idzert van Grovestins.
In maart 1621 zond Harmen van Wonsdorp vanuit  Harlingen een tekening van het vaandel van zijn compagnie aan de Friese Stadhouder Ernst Casimir. Hij was toen vaandrig onder kapitein Arent Arents.
In 1622 is hij inmiddels opgeklommen tot luitenant, nu onder kapitein Abbe van Bootsma.
Op 6 december 1622 volgt zijn benoeming tot kapitein, als hij de compagnie van Willem van Inthiema mag overnemen, die toen was overleden.
Op 'sint Jacobi' 1623 kreeg hij patent (opdracht) om van Oldeberkoop naar Overijssel te marcheren, samen met de compagnies van de kapiteins Frans van Donia, Jan Fransen Stellingwerf en Jan Fransen Adema.
Het lijkt erop dat dit verband hield met de aanleg van de Ommerschans, welke dat jaar werd aangelegd, wellicht zelfs onder leiding van kapitein Harmen van Wonsdorp.
E.e.a. staat vermeld in de kroniek van Poppo van Burmania, die toen vaandrig onder Harmen was.
Op 23-5-1625 werd hij door kapitein Menno Houwerda van Meckema opgevolgd, omdat Harmen was overleden.


Op 30 maart 1621 stuurt Harmen van Wonstorp het vaandel van zijn compagnie
onder leiding van kapitein Arent Arents naar de Friese stadhouder Ernst Casimir.


Kroniek Poppo van Burmania
Het is dankzij de kroniek van de militair Poppo van Burmania, dat we nog wat interessante gegevens over Wonsdorp hebben.
In deze kroniek beschrijft Poppo de periode 1622-1674, dus nog zo'n drie jaar uit het leven van Harmen van Wonsdorp.

Pagina 85
1622

….. Op den 8. September 1622 heeft de governeur van Oldensael Pauel Reddich, als hij ut
Oldenseel ende Grol
[Groenlo] 500 man ende ut Weesel 332 man gelicht hadde, waerbij noch
enege andere quaem[en], in alles sterck 800 te voet ende 70 te perde, sich daermeede
onderwonden om Frieslandt te brandschatten ende daer in te vallen. Ende is daermede ower
de Ommermoer door de Drente tot op ofte bij het Heerenfeen gekomen, alwaer op de dick
nae Schoten bij de mullen
[molen] in een kleine borstweringe twe Frieske compagnijen, te
weten capitain Frans van Donia ende capitain Abbe van Botsma lagen, om haer te keeren.
Ende captein Siuck van Eysinga lagh met sijn compagnije in ’t doorp Heerefeen bij de brugge,
die hij afgebrocken hadden. Den leutenant van capitain Bootsma worde met twe soldaten
door het moeras de vijant om contschap te krigen tot aen Schoter mullen tegemoet
gesonden, alwaer de vijant sich gereet maeckte de twe compagnije[n] op de dick aen te
fallen. Ende also de leutenant Harmen van Wonsdorp, alias Spainjaert genaamt, bij de
Schoter mullen met de twe soldaeten in een drogen sloot onder de bomen verbergen lach,
ende het lichte maen waer, so konde hij al haer doen perfect aensien ende haest hooren wat
sij seiden. Ende so sij geret stonden om aen te marcheren so sijn sij met haer drien tersijde af
door het moeras met polsen
[polsstokken] gelopen ende de beide capitainen alles advertert.
So is den vijant terstont gefolght ende heeft een stercke aenval op haer gedaan. Dan werde
so ontfangen dat sij terugge weecken ende daernae wederom aenvielen met een grot gerup,
dat ock veele van de onsse de vlucht nae het veen naeme[n]. Maer werden wederom met
verlies van ontrent vertich afgeslagen, ende marcherden wederom ut Frieslandt, den wech
die sij daer in gekomen waeren. …..
 


Pagina 86
9 december 1622

….. Also de capitain Wilhelm van Inthema, wiens compagnije meede in leger waer geweest,
ende sijn vendrich Pijter Iskens beijde waeren gesturwen ende haere ampten vacant waeren,
so hebben de Heeren Gedeputeerden op den 9. December 1622 den voorgemelten leutenant
van capitain Abbe van Boesma, genaemt Harmen van Wonsdorp, toegenamt Spainier, tot
capitain gemaeckt in plaetse van Wilhelm van Inthema ende mij tot vendrich in de plaets van
Piter Iskens. …..


Pagina 87
1623

….. Anno 1623 ontrent S. Jacobi hebben wij patente gekregen van Ordebercop nae Owerest
te marcheren, alwaer wij eerst in boerehuisen, daernae met vijer compagnijen in een
trensement
[verschansing] geleit worden aen een klein meerken bij het Ommermoer, te
weten Frans van Donia, Jan Fransen Stellingwerf, Jan Fransen Adama, Harmen van
Wonsdorp, alias Spainjaert
genaemt, omdat hij een grot buitloper waer geweest ende veel
Spainjarden gevangen ende meede omgebracht hadde. ….. Tertijt wij den Ommerschans
gemaeckt hadden midden in ’t muras, alwaer in onsse compagnije eerst geleit is. Ende ick
hebbe mijn vendel daer voor de erste mael op de wal laete[n] vligen. …..

 

Pagina 88
1624

….. Anno 1624 in januarijo also het sterck gefroren hadde, komt middernacht een partije van
17 man van Oldenseel dichtbij ons schans in een burenhuis, alwaer een van onse soldaten,
een snider sijnde, was te arrebeiden. Hij haer vernemende, lopt nae de schans ende geeft
capitain Spainjart dat te kennen, die terstont met 35 musqtijers ende vijeroers
[vuurroer] self
utgaet om haer te vangen. Maer sij waer[en] daer al vandaen gangen nae een ander dorp,
Suidwolde genaemt, alwaer sij in een burenhuijs op de solder gingen legen om te slaepen.
Dewijlle de dach begonde aen te komen, dewijlle het veel gesnieut hadde, so is de capitain in
haer spor ofte voetstappen naegefolcht ende heeft haer in huis beset ende gefangen in de
schans gebracht. …..
 

Pagina 90
1625

….. Ontrent dese tijt ( februarij 1625) heeft onse compagnije mede patent
[schriftelijk bevel]
gekregen om nae Breda, alwaer het leger van de Staeten in de Langestraet lach, te trecken.
…..
Den … sijn wij van de Langestraet nae Dongen, dichtbij de viants leeger, ons vast met
trenchen
[loopgraven] daer maeckende, gemarchert sodat wij haer schilwachten ende sij de
onsse konden sien, alwaer weel schermutsert worde tusken beide leegers met kleine trupen.
…..
Onse compagnije vorde ock op een nacht eens comandert om met veel andere op een
aenslacht te trecken. So sijn wij nae twe nachten marcheren, want daeghs lagen wij in
bosken ende steden stil, so quamen wij een uijr voor dach bij de schans Terheide, alwaer de
Engelske de voortocht hadden, slugen de vijant ut twe reduit
[versterkingen] ende quamen
tot aen het conterscherp, maer daer quamen ut Spinola leger heele regimenten haer te
hulpe, sodat wij mosten retireren en afmarschere; blewen veel Engelske leggen. Men seide
wel van 700 dooden. Doe disse aenslach failierde ende de prins geen apperantie sach om de
stat Breda te ontsetten, is onsse leger van Dongen, alsmeede dat van Mansvelt ende hartoch
Christiaen, wederom opgebrocken ende hebben haer wederom tot Waelwijk ende in de
Langestraet neergeleit. …..
Niet lange daernae quam so groten sterfte ende krancheeden onder de soldaten dat onse
leeger wel het dardendeel verminderde. …..
In den herfst is het leeger, doordien het door de grote kranckheeden seer verswackt waer,
ock opgebrocken ende elck weederom nae sijn garnisoen getrocken. Ende is onsse
compagnije met het vendel weederom in den Ommerschans ….. gekomen.
Niet heel lange daernae is mijn capitain Harmen van Wonsdorp in den Ommenschans gestorwen, in wiens plaetse weederom gekomen is voor capitain Minno Houwerda van Meckema, sijnde volmacht van Oostdongeradeel ende tevooren noit in den orloch geweest'.

Familiewapen
Niet bekend.

Familieleden in het leger
  • zijn zoon Harmen Spanjaard (ong. 1605-1637) was kapitein
  • zijn kleinzoon Herman Spanjaert van Wonsdorp (ong. 1640-1667) was sergeant.
Vaandel
niet bekend.

Compagnie nr. 18
* Harmen van Wonsdorp (geb. ong. 1580 -
U1625)
* Kapitein van 1622-1625
* Voorganger: Willem van Inthiema
* Opvolger: Menno Houwerda van Meckema

* Hoogste militaire functie: kapitein
* Woonplaats: Leeuwarden

Meer informatie:
http://www.mpaginae.nl/Nauta/kapiteins.htm

https://nl.wikipedia.org/wiki/Ommerschans
https://nl.wikipedia.org/wiki/Niezijl
https://www.rondommen.nl/nieuws/2993/kom-op-4-juli-naar-de-ontdekdag-in-de-ommerschans.html
Informatie van Aad Spanjaard, nakomeling.



Samen met Jeroen Punt (NMM) proberen we de lijsten van Friese compagnies zoveel mogelijk te reconstrueren.
 
Friese Nassause Regiment
Kapitein

  1. Jacob van Roussel
  2. Adriaen Slijp
  3. Bonifacius van Scheltema
  4. Ludolf Potter
  5. Frans van Roussel
  6. Abbe van Bootsma
  7. Jan Sageman
  8. Juw van Eysinga
  9. Frans Harinxma van Donia
  10. Lolle van Ockinga
  11. Taecke van Hettinga
  12. Frans van Cammingha
  13. Wigle van Hania
  14. Arent van Arentsma
  15. Wopcke van Herema
  16. Willem van Inthiema
  17. Ids van Eminga
  18. Seerp van Dijxtra
  19. Sybren van Walta
  20. Tiete van Galama
  21. Jacques van Oenema
  22. Sybe van Aylva
  23. Jan van Burmania
  24. Juw van Harinxma
  25. Jarich van Hottinga
  26. Epe van Heemstra
  27. Damas van Loo
  28. Douwe van Andringa
  29. Rienck van Dekema
  30. Ruurd van Feytsma
  31. Binnert van Heringa
  32. Wybren van Roorda
  33. Johan van Bonga
  34. Idzart van Grovestins
  35. Frans Aebinga van Humalda
  36. Hans van Oostheim
  37. Jan van Idsaerda
  38. Gosewijn van Wiedenfelt
  39. Tjalling van Sixma
  40. Georg Frederick thoe Schwartzenberg en Hohenlansberg
  41. Doecke van Hemmema
  42. Philip van Boshuizen
  43. Harmen van Wonsdorp

Friese Nassause Regiment
Luitenant
  1. Rienck van Sytzama
Groninger Nassause RegimentKapitein
  1. Boiocko van der Wenghe
Hoogduitse Nassause Regiment
Kapitein

dinsdag 21 januari 2020

Friese kapiteins (42) : Philip van Boshuizen


Friese kapiteins (42) : Philip van Boshuizen

In deze serie worden de Friese kapiteins behandeld, die in de 16e en 17e eeuw in het 'Friesche Nassause Regiment' dienden.
Het is een lange rij van vooral adellijke officiers, van wie meestal nog niet eerder een minibiografie is verschenen.


Achtergrond
De familie Van Boshuizen (ook: Boshuysen, Boschuysen) is een belangrijk Nederlandse adellijk geslacht, waarvan leden belangrijke functies hebben bekleed.

Philip van Boshuizen werd in 1584 geboren als zoon van Arend Willemsz. van Boshuizen en Geertruid van der Aa.
Arend was drost van Gorinchem, net als die zijn schoonvader Philip van der Aa.
Verder komen we Arend ook nog tegen als luitenant en kapitein.
Philip van Boshuizen zal wellicht dus in Gorinchem (Zuid-Holland) geboren zijn.
Op 27 september 1635 huwde hij met Anna van Eysinga, dochter van de luitenant-kolonel Juw van Eysinga en Rinthje van Gratinga.uit Wirdum.
Anna was overigens al weduwe van kapitein Here van Burmania, die voor Maastricht gesneuveld was.
Uit het huwelijk van Philip en Anna kwam geen kinderen voort.

Juckema State
Ze woonden op Juckema State te Stiens, welke waarschijnlijk binnen de familie was vererfd.
Zo was Anna haar overgrootmoeder Tieth Ritsckes van Juckema, wellicht te Stiens geboren.
Die haar vader, Ritscke van Juckema, overleed in 1514 en werd begraven in de kerk te Stiens.
Verder moet er van haar een schilderij uit 1646 zijn, die nog in 1877 te zien was op de grote Tentoonstelling in Leeuwarden.

Op de tekening van de state uit 1722 staat vermeld:
'Van den Heer Regnerus van Andringa, grietman van Lemsterland'.
Waarschijnlijk is Juckema State later dus verkocht aan Van Andringa.


Juckema State te Stiens
(J. Stellingwerf, 1722)


Militaire carrière
In 1626 was hij kapitein, echter een aanstelling in de Friese regimenten heb ik niet gevonden. Waarschijnlijk was hij al kapitein voordat hij in Friesland arriveerde.
In augustus 1633 lag hij met zijn compagnie in garnizoen in Franeker.
Op 15 december 1636 werd hij opgevolgd door kapitein Ruurd van Feytsma.

Bestuurlijke carrière
Van Boshuizen koos vervolgens voor een bestuurlijke carrière.
Van 1640-1647 komen we hem tegen als gevolmachtigde in de Staten van Friesland, namens de grietenij Het Bildt.
Van 1644 tot zijn dood in 1652 is hij grietman geweest van Het Bildt.

Familiewapen

De familie Boshuisen voert een opvallend wapen, wat in de heraldiek een 'omgekeerd vair' genoemd wordt.
Een regelmatige verdeling van twee tinten, gebaseerd op de pels van een eekhoornsoort, die een grijzig blauwe pels heeft met een witte buik.


Familiewapen Van Boschuysen 
(CBG Familiewapens)


Grafsteen Kerk Stiens
In de kerk te Stiens staat nog steeds zijn gigantische grafzerk opgesteld tegen de oostmuur van de kerk.
Het staat nu helaas verscholen achter een grote herenbank, waardoor het natuurlijk niet tot zijn recht komt.
Op de zerk staat het echtpaar Boshuizen-Eysinga prominent ten voeten uit afgebeeld voor een soort poortje.
Aan beide kanten hangen hun acht kwartierwapens.




Detail van de grafzerk, het portret van Philip van Boshuizen


Het opvallende Boshuizen-helmteken: een soort van stierenkop?



Boshuisen Gasthuis
In Leeuwardern werd in 1652 door de weduwe Anna van Eysinga, een zogenaamd Gasthuis opgericht.
Zij deed dit ter nagedachtenis aan haar tweede man, Philip van Boshuizen die in 1652 was overleden en noemde het naar haar man.
In dit gasthuis waren 18 woningen en een voogdenkamer en alleen onbemiddelde vrouwen woonden er gratis.
Het poortgebouw sloot het gasthuis van het kerkhof af en het volgende opschrift staat nog steeds op deze toegang:
Het geen hier staet, uijt nijt oft haet doch niet beschout. Tot armoedts hulp en weduws troost is het geboudt.
Boven de doorgang is nog het wapen van de familie Boshuizen aanwezig.

Daarchter is de binnenpoort te zien, waarop staat: AVE - Ao: MDCLII
AVE staat voor Anna van Eysinga, 1652.



Tekening van de poort van het Boshuisen Gasthuis te Leeuwarden.
(getekend door Albert Martin, eind19e eeuw.
Collectie Fries Museum)


Familieleden in het leger
  • Vader Arend van Boshuysen was luitenant, kapitein
  • schoonvader Juw van Eysinga (1563-1631) was luitenant-kolonel
Vaandel
niet bekend.

Compagnie nr. 46
* Philip van Boshuizen (geb. 1584 -
U1652)
* Kapitein van ?-1636
* Voorganger: ?
* Opvolger: Ruurd van Feytsma

* Hoogste militaire functie: kapitein
* Woonplaats: Stiens, Juckema Sta

Meer informatie:
http://www.mpaginae.nl/Nauta/kapiteins.htm

https://nl.wikipedia.org/wiki/Boshuisengasthuis
https://openaccess.leidenuniv.nl/bitstream/handle/1887/51428/Scriptie.pdf?sequence=1
https://cbgfamiliewapens.nl/


Samen met Jeroen Punt (NMM) proberen we de lijsten van Friese compagnies zoveel mogelijk te reconstrueren.
 
Friese Nassause Regiment
Kapitein


  1. Jacob van Roussel
  2. Adriaen Slijp
  3. Bonifacius van Scheltema
  4. Ludolf Potter
  5. Frans van Roussel
  6. Abbe van Bootsma
  7. Jan Sageman
  8. Juw van Eysinga
  9. Frans Harinxma van Donia
  10. Lolle van Ockinga
  11. Taecke van Hettinga
  12. Frans van Cammingha
  13. Wigle van Hania
  14. Arent van Arentsma
  15. Wopcke van Herema
  16. Willem van Inthiema
  17. Ids van Eminga
  18. Seerp van Dijxtra
  19. Sybren van Walta
  20. Tiete van Galama
  21. Jacques van Oenema
  22. Sybe van Aylva
  23. Jan van Burmania
  24. Juw van Harinxma
  25. Jarich van Hottinga
  26. Epe van Heemstra
  27. Damas van Loo
  28. Douwe van Andringa
  29. Rienck van Dekema
  30. Ruurd van Feytsma
  31. Binnert van Heringa
  32. Wybren van Roorda
  33. Johan van Bonga
  34. Idzart van Grovestins
  35. Frans Aebinga van Humalda
  36. Hans van Oostheim
  37. Jan van Idsaerda
  38. Gosewijn van Wiedenfelt
  39. Tjalling van Sixma
  40. Georg Frederick thoe Schwartzenberg en Hohenlansberg
  41. Doecke van Hemmema
  42. Philip van Boshuizen

Friese Nassause Regiment
Luitenant
  1. Rienck van Sytzama
Groninger Nassause Regiment
 
Kapitein
  1. Boiocko van der Wenghe
Hoogduitse Nassause Regiment
Kapitein




donderdag 16 januari 2020

Friese kapiteins (41) : Doecke van Hemmema



Friese kapiteins (41) : Doecke van Hemmema

In deze serie worden de Friese kapiteins behandeld, die in de 16e en 17e eeuw in het 'Friesche Nassause Regiment' dienden.
Het is een lange rij van vooral adellijke officiers, van wie meestal nog niet eerder een minibiografie is verschenen.


Achtergrond
De familie Hemmema behoorde tot de oude Friese adel en stierf in 1721 uit.
Hun stamslot stond in Berlikum, maar er was ook een Hemmema State te Beetgum en een Hemmema/Nijefenne te Sint Jacobiparochie.
Doecke van Hemmema werd in 1603 geboren als zoon van Sierck van Hemmema (ong. 1570-1604) en Lijsbeth Jarges uit Groningen.
Zij woonden op Hemmema State te Berlikum en zullen omstreeks 1595 gehuwd zijn.
In het gezin werden zes kinderen geboren, drie jongen en drie meisjes.

Hemmema State te Berlikum, tekening van onbekende tekenaar
(Fries Museum Online)


Doecke trouwde te Emden op 23 januari 1633 met de adellijke Barbara Erntreuter von Hoffreit.
Zij was omstreeks 1600 geboren als dochter van Everhard Ehrenreuter von Hoffreit en Helena Haidenburcher von Kaufring.
Haar vader was van 1609-1629 Commandeur van de garnizoenstad Emden, dus Doecke zal zijn schoonvader wel hebben gekend.
Een broer van Barbara, ook een Everhard, was behalve kolonel ook de opvolger van zijn vader als Commandeur van Emden.
Everhard jr. liet Kasteel Evenburg in het Duitse Loga bouwen, welke nog steeds bestaat.
Doecke en Barbara woonden na hun huwelijk tot 1644 in de Duitse garnizoensstad Emden.
Hierna werd hij waarschijnlijk de hoofdbewoner van Hemmema State te Berlikum en verhuisde zijn broer Sicke toen naar het nabije ander familiehuis Nijefenne State.
Daarnaast zal hij ook actief in zijn Leeuwarder huis hebben gewoond, ook omdat hij natuurlijk veel overleg met de stadhouder had.
Verder zijn er in Leeuwarden de overige drie kinderen geboren.
Van de acht kinderen behaalden vijf de volwassen leeftijd. Drie jongens werden officieren in het leger en de dochters vonden goede huwelijkspartners.
Zo trouwde Elisabeth in 1658 met de grietman van Het Bildt Willem van Haren en hun grafkapel in de kerk van Sint Annaparochie uit 1688 is nog steeds aanwezig.
De ingang hiervan bevat hun beider familiewapens.
Op 15 juli 1698 kwam er een einde aan het indrukwekkende leven van deze Doecke van Hemmema, op de opzienbarende leeftijd van maar liefst 95 jaar.
Hij werd begraven in de kerk te Berlikum, maar de steen is helaas verdwenen, wellicht als gevolgd van de bouw van de nieuwe koepelkerk in 1777.
Zijn vrouw Barbara was overigens al in 1673 overleden en ligt begraven bij haar man.
Op het graf van Duco van Hemmema konden indertijd bij de wapens nog namen van zijn betovergrootouders worden afgelezen, van vaderszijde Hemmema-Poppema, Gratnia-Decama, Bootsma-Camstra en Faetsma- ………, van moederszijde alleen Jarges.

Katholiek
Nogal opvallend is dat Doecke van Hemmema katholiek was en bleef tijdens zijn leven.
Het blijkt dat Friese katholieken dus 'gewoon' officieren konden worden in het Staatse leger, dat tegen een katholieke vijand vocht.
Het terugwinnen van de vrijheid zal voor hem dus belangrijker zijn geweest dan de katholieke leer als staats-religie.
Zijn broer Sicke, bewoner van Nijefenne State even verderop, had zelfs een katholieke huiskapel in zijn State.
Op 17 april 1648 bezocht stadhouder Willem Frederik deze kapel toen hij op bezoek bij Doecke was.
Daarnaast hing op Hemmema State ook nog een houten bord uit 1646, welke gewag maakte van het bezoek van een latere paus. (zie ook verderop).

Militaire carrière

In 1632 was hij vaandrig in de compagnie van een zekere kapitein Buma.
Op 10 maart 1632 werd hij luitenant in de compagnie van majoor Ludolf Potter, waarmee hij Here van Ockinga opvolgde in die functie.
In 1637 legde hij de eed af van kapitein en op 19 december 1637 werd hij kapitein van de compagnie van kolonel Ludolf Potter
Deze Ludolf was, net als die zijn voorganger kolonel Schelte van Aysma, gewond geraakt bij het Beleg van Breda in 1637.
Het is dan ook goed mogelijk dat Doecke ook hierbij aanwezig was.
Verder verbleven Doecke en zijn vrouw tussen 1633 en 1644 grotendeels in de Duitse garnizoensstad Emden, waar dan ook hun eerste vijf kinderen werden geboren.
Op 17 januari 1646 volgde Simon Jongestall hem op en werd de nieuwe kapitein van zijn compagnie.

Garde-carrière
In 1645/1646 legt Doecke opnieuw, dus voor de 2e keer, de eed van kapitein af en tevens wordt hij op 19 november 1645 vermeld in het Commissie & Instructieboek (C&I).
Dit moet haast wel betekenen dat Doecke dit deed om Gardekapitein te worden van de Stadhouder.
Deze 'Vorstelijke Garde' was op 15 juli 1631 opgericht en was als elite-eenheid opgericht belast met met name de bescherming van de stadhouder, zijn gezin en het Stadhouderlijk Hof te Leeuwarden.

Op 16 oktober 1645 raakt luitenant-kolonel Gerrit van Loo zwaargewond bij het Beleg van Hulst.
Hij was gardekapitein was in het Regiment Garde te Voet.
Waarschijnlijk volgde Doecke hem op in deze functie, die immers nu was vrijgekomen.
Ricquin van Frentz werd zijn luitenant en een Aylva zijn vaandrig.
Deze functie van Kolonel-Kapitein bij de Garde heeft hij, voor zover bekend, de rest van zijn militaire carrière uitgeoefend.

In het bekende dagboek  'Gloria Parendi' van stadhouder Willem Frederik, komt de naam (Doecke van) Hemmema maar liefst 127 keer voor.
Heel vaak dineert de stadhouder samen met Hemmema of zijn vrouw, maar ook enkele keren bij militaire gebeurtenissen zoals in 1645 bij het Beleg van Hulst.
Op 15 april 1647 schrijft Willem Frederik 'Hemmema heeft op de Velouwe drie quetsuren bekomen'.
Op 21 februari 1649 schrijft de stadhouder dat 'Hemmema seyde mij van die losse discoursen van Walta en dat hij dicwils buyten westen wass...'

Op 14 juni 1667 volgde Johan Coenders hem op als kapitein van de Garde.

Bestuurlijke carrière
Het is nog onbekend wat Doecke tussen 1667 en 1682 heeft uitgespookt.
In 1682 werd Doecke echter nog aangesteld als stadhouder-generaal van de Stad, landen en baronie van het Belgische Turnhout.
Dit Land van Turnhout was in 1612 in handen gekomen van prins Filips Willem, zoon van Willem van Oranje.
Ook deze topfunctie had hij ongetwijfeld te danken aan zijn close relatie met de Stadhouders.



Kasteel Turnhout
(foto: Wikipedia)

Tuinaanleg
In 1648 wenste de toenmalige Friese stadhouder Willem Frederik van Nassau-Dietz (1613-1664) een fraai tuin aan te leggen binnen de bolwerken.
Niet toevallig was de 80-jarige oorlog datzelfde jaar beëindigd en de stadhouder zag de tuinaanleg dan ook als een eerbetoon aan deze oorlog en de Vrede van Munster.
Het was niemand minder dan Doecke van Hemminga die deze 'lusthof' heeft ontworpen.
Hij heeft overigens hierbij advies ingewonnen bij de bekende dichter Jacob Cats, die op het fraaie (in 1643 aangelegde) Zorgvliet te Den Haag woonde.
Nu we weten dat Doecke toen net een paar jaar Gardekapitein was, valt ook deze opdracht beter te verklaren.
Hij bevondt zich immers continu in de omgeving van de Stadhouder, dus vaak in Leeuwarden omdat de oorlog afgelopen was.
In 1652 trouwde de Friese stadhouder met zijn nicht Albertine Agnes van Nassau, dochter van de Hollande stadhouder Frederik Hendrik.
Omdat Albertine Agnes opgegroeid was aan het veel grotere en fraaiere Haagse hof, kreeg Doecke in 1652 opdracht voor een verdere verfraaiing van de tuin in Leeuwarden.
De tuin is nog steeds aanwezig en is nu bekend onder de naam Prinsentuin.



De Hoeck, en Noordt-star der Poesy, ofte alle Rijm-konstige WERCKEN
door: Mr. Klaas Pieters Hoeckstra.
Uitgegeven te Amsterdam, in 1679.


Familiewapen



Familiewapen Van Hemmema
(Stamboek van den Frieschen Adel)


Hemmema State te Berlikum
In Berlikum stond eeuwenlang de Hemmema State, als trots stamhuis van deze adellijke familie.
Het stond eigenlijk aan de andere kant van de voormalige 'oude Zee Dyk', in de gemeente Het Bildt, echter de grens werd zorgvuldig om de state heen getrokken.
Op de atlas van Schotanus uit 1718 is het mooi ingetekend met de naam er duidelijk bij vermeld.
Vanaf de tweede helft van de 15e eeuw werd het reeds bewoond door Doecke Hemmema.
Een groot deel van de 16e eeuw woonden en Hette van Hemmema en zijn vrouw Barbara van Gratinga.
Zo was deze Hette één van de Heerschappen die Karel V inhuldigden in Friesland en was hij later grietman van Menaldumadeel.
Het alliantiewapen Hemmema-Gratinga zit nog steeds in het voormalig poortgebouw te Berlikum (**)

Toen Doecke Doeckes van Hemmema in 1721 overleed was hij de laatste van zijn geslacht, die er generaties lang hadden geresideerd.
Carel Duco d'Aumale was een zoon uit een eerder huwelijk van Doecke zijn vrouw, Civile Susanne du Tour. Hij erfde de het slot en liet het zelfs nog verfraaien. Hij overleed na een Franse veldtocht in 1746, waarna het slot een jaar later verkocht werd een zekere Quader.
Die liet het slopen om flinke winst op het bouwmaterieel te maken. Alleen het poortgebouw is gespaard gebleven en is nog bekend onder de naam 'd'Aumalepoort'. Het is later verbouwd tot woonhuis, maar de wapensteen bevindt zich nog steeds in dit gebouw.


Wapensteen uit de voormalige poortgebouw van Hemmema State te Berlikum
Links is het wapen Hemmema en rechts Gratinga (**)

(** - het Gratinga wapen herkend dankzij dhr. R.J. Broersma)




Tekening van bovenstaande wapensteen
(collectie Fries Museum)

(onderste pijl) Hemmema State te Berlikum, toen nog Belkum genoemd. (Schotanus atlas, 1718, Het Bildt).
De bovenste pijl wijst 'Nijefenne' aan, daarover verderop meer.



Het heerlijk leen Nijefenne te st. Jacobiparochie
In 1502 werd Doecke Hemmema door de Saksische hertogen beleend met 15 morgen land, naast de 35 die hij daar reeds bezat.
Dit was eigenlijk allemaal 'nieuw' land, omdat het Bildt immers nog maar relatief kort geleden was bedijkt.
Een morgen was ongeveer gelijk aan een hectare.
Dit 'leen' was slechts één van de drie lenen die Friesland heeft gekend, omdat Friesland in principe geen leengoederen kende, zoals in andere provincies heel gewoon was.
Het bleef eeuwenlang in 'leen' bij de familie Hemmema en hun latere erfgenamen.
In 1655, maar waarschijnlijk al wat eerder, stond er inmiddels een huis op het terrein, welke vervolgens ook door de familie werd bewoond.


Jaartal Eigenaar Hemmemaleen
1 1502-1503 Doecke Hemmema
2 1503-1572 Hette Hemmema
3 1572-1584 Sicke Hemmema
4 1584-1603 Sierck van Hemmema
5 1603-1664 Sicke van Hemmema
6 1664-1698 Doecke van Hemmema
7 1698-1721 Doecke van Hemmema jr.
8 1721-1731 Albertina van Tamminga
9 1735-1743 Marc Willem baron du Tour
10 1743-1785 David Constatijn baron du Tour
alles openbaar verkocht


De bovenste pijl wijst de locatie van Hemmema Nijefenne aan in Het Bildt.


Klok te Berlikum
In 1663 kreeg de kerk van Berlikum een nieuwe klok.
Hierop staan diverse namen vermeld met hun wapens, van belangrijke personen die een soort van commissie vormden tot de aanschaf van de klok.
Doeke van Hemmema
capt van de guardes
van sijn Forstlicke
Genade Prins Willem
van Nassaw stathow
der etc.



Detail van de klok uit 1663 uit de kerk van Berlikum, nu te Mannheim.
Hierop is het Hemmema wapen te zien en de tekst die hierboven is vermeld.

Opvallend is dat de hond hier naar rechts ziet, wat foutief lijkt te zijn.
(foto: Durk Osinga, Berlikum)


Houten memoriebord / medaille
Uit Hemmema State te Berlikum is nog bewaard gebleven een houten, zwart geverfd memoriebord.
Het bevindt zich nu in het depot van het Friesch Museum te Leeuwarden.
Op het bord wordt dus gemeld dat een latere paus de beroemde paardenmarkt van Berlikum had bezocht.
Echter blijkt uit bewaard gebleven notitieboekjes van deze Chigi dat hij Münster nagenoeg niet zou hebben verlaten.
Het blijft desalniettemin een opvallend bord, waarmee de de toenmalige bewoner Doecke van Hemmema wel erg actief uiting gaf aan zijn katholieke religie.
Fabius Gigi, ambassadeur des paus van
Romen, geduriende de handlinge van
vrede tot Münster, heeft hem hier
boven vertoont om de Belkomer
Peerde Merk te syen. Niet lang
daer na is gemelde ambassadeur
self Paus geworden en genoemt
Alexander de Sevende.
Anno 1646 Memento Mori.
Er schijnt ook nog een 'kroningsmedaille' van Doecke uit 1655 in eigendom van het Fries Museum te zijn, maar deze heb ik niet in de collectie kunnen vinden.
Dit jaar werd namelijk bovengenoemde Chigi tot paus Alexander VII gekroond.


Houten memoriebord uit Hemmema State te Berlikum
(nu in het Fries Museum)

Familieleden in het leger
  • vader Sierck van Hemmema (ong. 1570-1604) was vaandrig
  • schoonvader Everhard Ehrenreuter von Hoffreit (1565-1630) was Commandeur van Emden
  • zwager Everhard Ehrenreuter von Hoffreit (1596-1664) was kolonel
  • zoon Erasmus van Hemmema (1633-1659) was kapitein
  • zoon Sicke van Hemmema (1640-1666) was vaandrig
  • zoon Ernhart van Hemmema (1643-1660) was vaandrig
  • zoon Doecke van Hemmema (1652-1721) was kapitein, kolonel
Vaandel
niet bekend.


Compagnies
Doecke van Hemmema (*1603 -
U1698)
* Hoogste militaire functie: kolonel-kapitein
* Woonplaats: Berlikum
Compagnie nr. 14
* Kapitein van 1637-1646
* Voorganger: Ludolf Potter
* Opvolger: Simon Jongestall
Compagnie nr. ? - Garde
* Kapitein van 1646-1667
* Voorganger: Gerrit van Loo
* Opvolger: Johan Coenders

Meer informatie:
http://www.mpaginae.nl/Nauta/kapiteins.htm
http://www.simonwierstra.nl/HEMMEMA.htm
http://www.stinseninfriesland.nl/HemmemaState.htm
http://www.stinseninfriesland.nl/HemmemaStateBeetgum.htm
http://www.stinseninfriesland.nl/NijefenneStateStJacobiparochie.htm
https://sites.google.com/view/ohdyberltsumers/homepage/berltsum-nei-de-reformaasje
https://nl.wikipedia.org/wiki/Prinsentuin_(Leeuwarden)
https://historischcentrumleeuwarden.nl/component/content/article/11-import/486-prinsentuin
https://historischcentrumleeuwarden.nl/images/PDF-bestanden/Friese-Gardes-Peter-Westenbrink.pdf
https://dutchrevolt.leiden.edu/dutch/geografie/T/Pages/turnhoutland.aspx
https://nl.wikipedia.org/wiki/Garderegiment
https://nl.wikipedia.org/wiki/Zorgvliet_(Den_Haag)
https://www.friesgenootschap.nl/images/dvf/DVF-0435-1928-28.pdf
https://www.dbnl.org/tekst/will077glor01_01/will077glor01_01.pdf
 


Samen met Jeroen Punt (NMM) proberen we de lijsten van Friese compagnies zoveel mogelijk te reconstrueren.
  

Friese Nassause Regiment
Kapitein



Friese Nassause Regiment
Luitenant
  1. Rienck van Sytzama
Groninger Nassause Regiment
 
Kapitein
  1. Boiocko van der Wenghe
Hoogduitse Nassause Regiment
Kapitein

Zoeken in deze blog