Vegelins en Akkrum
Op 6 februari 1693 overleed Philip Ernst Vegelin van Claerbergen (1613-1693), waarna hij werd begraven in de kerk van Akkrum.
Omstreeks 1683 zal hij in Akkrum hebben gewoond, want dat jaar wordt zijn dochter Maria lidmaat te Leeuwarden en zij is dan afkomstig van Akkrum.
Zijn zoon Hessel Vegelin van Claerbergen (1655-1715) trouwde in 1683 in de kerk te Akkrum, met Anna Maria van Vierssen.
Een paar generaties later woont Philip Ernst Assuerus Vegelin van Claerbergen (1781-1851) in Akkrum (1813).
![]() |
Omgeving Akrum, met vlakbij de Sminia State. Schotanusatlas 1664. |
Op de Schotanusatlas van 1718 is er een state te zien bij Akkrum met de naam 'Grietman Vegelin'.
![]() |
Omgeving Akkrum, met links een state met de naam 'Grietman Vegelin'. Schotanusatlas 1718 |
Rienck Tjaerts Andringa (ca. 1590-1627) huwde in 1619 Elisabeth Dircksdr. van Baerdt.
Haar broer Hobbe Dircks van Baerdt (1591-1655) was in 1640 curator over de kinderen van zijn zus en zwager. Hobbe zijn dochter Anna Maria van Baerdt (ca. 1625-?) trouwde met advocaat Jetze Hessels van Sminia (1625-1678). Via deze nieuwe eigenaren zal de naam Sminia State zijn ontstaan en verdween de oude Andringa naam.
Een halfzus van bovengenoemde Hessel was Fockje Hessels van Sminia (1615-1658), die in 1643 trouwde met Philip Ernst Vegelin van Claerbergen (1613-1693), bovenaan in dit artikel al genoemd als inwoner van Akkrum. Zijn kleinzoon Philip Frederik Vegelin van Claerbergen (1685-1738) was grietman van Haskerland van 1707-1738, dus in de periode dat de Schotanusatlas van 1718 werd getekend. Hij moet dan ook zijn bedoeld met 'grietman Vegelin' op de kaart, aangezien hij ook de enige grietman in die familie in die periode was.
Grafkelder
Een houtvoet is 0,29428 meter, dus dik 29 centimeter.
Bestek en grotens van
De nieuwe kelder in de
nieuwe kerk tot Akkrum
De kelder oost en west lang binnen werk
negen hout voet wijd binne werk buiten de
mondt zuid en noord seven hout voet en dan de
mond van de kelder zuidvoets 3,5 voet hol? van
de vloer af tot de onderkant van het wulft 4,5 voet
en in het midden van de kelder: van de vloer tot
het wulft hoog seven voet.
De kelder in zijn vierkant de miuren dik 1,5 steen
het wulft 1/2 steen en een platte steen daer over
de kelder va backlinkert in kalk en serment
gemetselt: van onderen de vloer en de zijden in
sulke sterke serment dat hij waterdigt is
zoo ver het nodig is.
onder de kelder een houten vloer te leggen als
het nodigh is : en dan 4 laeg in kalk en zerment.
Hoogedele Gestrenge Heer
Nemen de vrijheijt U HoogEd: ter examinatie
toe te zenden, het bij provisie gemaakte bestek
van de nieuwe grafkelder, volgens dat bestek
zolden er buiten de mond, drie grote kisten in
geplaatst kunnen werden. De olde kelder is
waarschijnlijk groter, maar hoe groot deselve
is, weet men present niet, also er om de ma-
terialen en 't zand op de ingang leggende
niet gemakkelijk bij te komen is, en de kelder
om 't niesgierig volke, liefst gesloten hielden,
zo lang de nieuwe niet gemaakt is, of nu dese
nieuwe kelder na dit bestek gemaakt, groot
genoeg is, wenschten der eer te hebben U HoogEd
sentiment te mogen weten, zijnde wij aen
de eene kant verpligt de menagie te behartigen
en aen de andere kant daar op uit U HoogEd
en familie volstrekt alle mogelijke genoegen
te geven, want zullende de kelder, na voors
bestek gemaakt, volgens verklaringe van
luiden hier in kundig de kerk nog wel tusschen
de 150 en 200 Glns moeten kosten
Ik verblijve met een diep respect
Ackr. 24 Junij 1759
HooogEdele Gestrenge Heer
U HoogEd. Gestr. Onderdanig
Dienaer
D.H. Bonnema
1 7 5 9
De nieuwe grafkelder, welke wel zo ruim
als de olde is, en waar aen ik wel durf te zeggen
geen oncosten gespaert te zijn, en om die rede
aen de kerk ook wel 200 Gls zullende kosten
al zedert eenige dagen geheel afgedaen zijnde,
Wenschten dat UHoogEd hoe eer hoe liever
een gelastigde geliefde te zenden, om daer af
inspectie te nemen en ten eijnde de kisten
uit de olde in de nieuwe kelder mogen werden
overgebragt, also verlangende zijn met
het vloeren van de kerk en het binnenwerk
te kunnen voortvaren.
Ik verblijve met een diep respect
Ackr: 26 Aug: 1759
Hoogedele Gestrenge Heer
U HoogEd: Gestr. Onderdanigh
te Dienaer
D.H. Bonnema
17 59
Toelichting brieven
Deze aktes geven, tot nu toe vrij unieke, details weer van grafkelders.
Het is ons eerste bestek van een nieuwe grafkelder, waarin ook de maten worden weergegeven en een aantal bouwdetails zoals de dikte van de muren, het gewelf en de vloer.
Met de mond van de kelder zal ongetwijfeld de ingang worden bedoeld.
![]() |
Maten van de nieuwe grafkelder |
De oude kelder blijkt tijdens de nieuwbouw zelf niet eens toegankelijk meer te zijn, doordat er bouwmaterialen op liggen. Het bestek is gemaakt op een kelder waar drie kisten in passen.
De kosten van de nieuwe kelder worden op een bedrag tussen de 150 en 200 caroli gulden geschat door secretaris Bonnema.
Uit de 2e brief van Bonnema, twee maanden later, blijkt dat de grafkelder minstens zo groot als de oude kelder is en dat kosten bepaald niet meevielen zodat het 200 gulden zou komen te kosten.
Bonnema verzoekt dhr. Vegelin om iemand te zenden naar Akkrum om een inspectie te doen en de kisten uit de oude kelder naar de nieuwe over te brengen. Hierna kunnen de aannemers weer verder met de nieuwbouw van de kerk, anders zouden ze vertraging oplopen.
De kerk van Akkrum is opnieuw gebouwd in 1759, als vervanging van de oudere kerk.
Hierin is in 1760 een gebrandschilderd raam gekomen, waarin de zes belangrijkste personen van de verbouwing zijn vereeuwigd met hun namen en familiewapens.
De wel eedel gestrenge heer Tinco Lyclama a Nijeholt grietman Utingeradeel etc.
Johannes Kalsbeek bijsitter van Utingeradeel
Pier Zijlstra bijsitter van Utingeradeel
Het wapen van Utingeradeel 1760
Dr. Dominicus Bonnema secretaris van Utingeradeel
![]() |
Gebrandschilderd raam in kerk Akkrum uit 1760 (www.walmar.nl) |
![]() |
Detail van het raam, met het familiewapen van Dominicus Bonnema (www.walmar.nl) |
Deze Dominicus zal ca. 1700 geboren zijn als zoon van Hidde Bonnema en Sietske Haringa.
Hij was secretaris van Utingeradeel van 1732 tot na oktober 1767, dus in deze functie heeft hij gecommuniceerd met een lid van de familie Vegelin van Claerbergen.
Helaas is de voornaam niet vermeld, dus het gaat om een familielid die in 1769 daarover wat had te zeggen.
Mogelijk gaat het hier om Assuerus Vegelin van Claerbergen (1735-1820), raadsheer aan het Hof van Friesland. Het was zijn zoon Philip Ernst (zie bovenaan dit artikel) die in 1813 te Akkrum woonde.
Of heeft iemand anders nog een idee?
![]() |
Bestek |
![]() |
Brief D.H. Bonnema, pag 1 |
![]() |
Brief D.H. Bonnema, pag 2 |
![]() |
Brief D.H. Bonnema, 1 pag. |
- Tresoar, toegangnummer 323 Familie Van Eysinga-Vegelin van Claerbergen (EVC), inventarisnummer 4777.
- https://nl.wikipedia.org/wiki/Terptsjerke
- https://edepot.wur.nl/326245 (voor de houtvoet)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten