zaterdag 21 december 2019

Friese kapiteins (38) : Gosewijn van Wiedenfelt


Friese kapiteins (38) : Gosewijn van Wiedenfelt

In deze serie worden de Friese kapiteins behandeld, die in de 16e en 17e eeuw in het 'Friesche Nassause Regiment' dienden. Het is een lange rij van vooral adellijke officiers, van wie meestal nog niet eerder een minibiografie is verschenen.


Achtergrond
De Duitse adellijke familie Von Weidenfeldt heeft hun oorsprong in het dorp Wiedenfeld in de deelstaat Noordrijn-Westfalen.
Dit dorp werd in 1958 opgeheven en verdween door de mijnbouw van de Duitse kaart.
Gosewijn van Wiedenfelt werd in 1601/1602 geboren, vermoedelijk in deze buurt.
Zijn ouders waren Siger von Widenfeldt en Christina Hochkirchen, waarvan alleen bekend is dat Siger in Altdorf/Inden is overleden, dat vlakbij Wiedenfeld lag en eveneens door de bruinkoolwinning het veld moest ruimen.
Gosewijn trouwde op 20 april 1636 te Leeuwarden met Lolck van Aysma en zij gingen vervolgens ook in de Friese hoofdstad wonen.
Lolck was de oudste dochter van ontvanger Albert van Aysma en Tjets van Aysma.
Ze werd in 1597 geboren in Beetgum op het aloude familiekasteel Aysma State.
Lolck was al eerder gehuwd geweest met Claes van Aesgema, die voor 1635 zal zijn overleden.

Uit het huwelijk tussen Gosewijn en Lolck werd één dochter geboren: Christine van Wiedenfelt.
Christina huwde in 1667 met Watze (of: Valerius) van Glinstra, grietman van Gaasterland, die in 1722 nog eigenaar was van het zo te zien indrukwekkende complex 'Widefelt' in Cornjum. Hij zal dit geërfd hebben en zijn kinderen zijn er ook geboren.
Vermoedelijk is ook Andries van Wiedenfelt een zoon van Gosewijn. Deze Andries werd in 1674 vaandrig in het Friese regiment.

Lolck van Aysma overleed op 7 maart 1664 en op 23 augustus 1671 overleed haar man Gosewijn.
Beiden zijn vermoedelijk in de kerk te Cornjum bijgezet.
Gosewijn kreeg in 1638 toestemming om in de kerk aldaar een bank te plaatsen.
Wellicht moet het jaartal 1658 zijn, omdat hij majoor wordt genoemd en dat werd hij pas in 1648.
Verder werd hij pas in in 1659 lidmaat van de Hervormde kerk te Cornjum.

Kasteel Widefelt
Gosewijn liet zeer waarschijnlijk deze imposante state bouwen in Cornjum.
Waarschijnlijk gebeurde dit in de jaren voor 1659, omdat hij op 13 februari van dat jaar Hervormd lidmaat werd van genoemd dorp.
Door de tekening van Stellingwerf uit 1722 weten we hoe het er ongeveer uit heeft gezien.
Het geheel is voorzien van een gracht, waarover een ophaalbrug toegang biedt tot het hoofdgebouw. Deze bestaat uit twee aan elkaar gebouwde volumes, beide voorzien van trapgevels. Op het dak zijn vier schoorstenen voorzien van een smeedijzeren versiering met daarop windvanen.
Aan de oostkant zijn nog twee andere gebouwen te zien en een poortgebouw.

Bewoners/eigenaars:
ong. 1659-1671 Gosewijn van Wiedenfelt +
Lolck van Aysma
1671-1727 Watze van Glinstra +
Christina van Wiedenfelt
Christina is een dochter van Gosewijn
1727-1745 Johan van Glinstra +
Louisa Albertina van Glinstra
Louisa is een dochter van Watze
1745-1794 Valerius van Glinstra +
Anna Catharina van Haersma
Valerius is een zoon van Johan
1794-1814 Arend Johan van Glinstra ongehuwd en zoon van Valerius
>1814?-<1844 Valerius Lodewijk Vegelin van Claerbergen +
Aurelia Anna Maria Vegelin van Claerbergen
zoon van Pieter Benjamin Vegelin van Claerbergen +
Louise Albertine van Glinstra
1814-1847 Louise Albertine Vegelin van Claerbergen dochter van Valerius Lodewijk Vegelin van Claerbergen en kleindochter van Louise Albertina van Glinstra, die een zus van Arjen Johan was.

De state zelf bleef dus nog tot 1847 in het bezit van nakomelingen van Gosewijn, waarna deze werd afgebroken en niets meer herinnert aan de pracht en praal van weleer.



'Kasteel' Widefelt te Cornjum
(J. Stellingwerf, 1722)

Detail van de bekende 'Schotanus-atlas', met daarop Widefelt, vlakbij Cornjum.


Militaire carrière
In 1632 was Gosewijn kamerheer en (onder) secretaris van de Friese stadhouder Ernst Casimir.
Dat weten we ook dankzij een brief van Schelte van Aysma aan Ernst Casimir, waaraan nog steeds het zegel van secretaris Gosewijn van Wijdevelt hangt.
In 1633 loopt hij mee in de lijkstatie van Ernst Casimir als onder-secretaris.
Op 28 april 1637 werd hij kapitein van een eigen compagnie, waarbij hij Goslick van Herema opvolgde, die weer de compagnie van de overleden kapitein Jacob van Roussel overnam. Het lijkt erop dat Gosewijn meteen van vaandrig tot kapitein is gepromoveerd, omdat hij op de zonet genoemde datum als vaandrig werd opgevolgd door Joost van Weleveldt.
Nagenoeg na één jaar, namelijk op 25 april 1638 nam kapitein Wopcke van Roorda zijn compagnie over.
Gosewijn nam echter het bevel over van de compagnie van de toen recent overleden kapitein Atte van Hettinga.
In 1642 was hij Hofmeester bij de Friese stadhouder Graaf Willem Frederik van Nassau.
Deze functie, die hij tot 1657 uitoefende, werd waarschijnlijk gecombineerd met zijn kapiteinsfunctie.
Op 3 april 1648 volgde zijn promotie naar majoor van het Regiment Infanterie van kolonel Hessel Meckema van Aylva, waarbij hij Damas van Loo opvolgde die toen luitenant-kolonel werd.
Op 17 februari 1666 kwam er een einde aan zijn militaire loopbaan, toen zijn compagnie onder leiding kwam van zijn neef, kapitein Johan van Andla.
Helaas zijn van hem verder nog geen militaire activiteiten (zoals veldslagen) bekend.
Aangezien Gosewijn lange tijd kapitein was, weten we ook een aantal namen van zijn belangrijkste officiers.

Benoeming vaandrig luitenant
14-3-1646 Epo van Aesgema
25-10-1651 Idzardt Jacob van Harinxma Epo van Aesgema?
7-2-1655 Johan van Rijswijck Idzardt Jacob van Harinxma?
18-5-1655 Hendrick van Rijswijck Johan van Rijswijck?
18-12-1657 Martinus van Dockum Hendrick van Rijswijck?

Lijkstatie Ernst Casimir
In 1633 liep ook Gosewijn mee in de lijkstatie van de overleden Friese stadhouder Ernst Casimir van Nassau-Dietz.
Gosewijn loopt mee in het voorste gedeelte van de rouwstoet, namelijk met het 'Hoff-Ghesin', dus iedereen die aan het Stadhouderlijk Hof te Leeuwarden werkte.
Hij staat hierbij vermeld als 'Camerlingh ende Onder-Secretaris van wijlen Sijn Genade'. Gezien de volgorde van de namen is hij waarschijnlijk de achterste persoon op onderstaande afbeelding.

Afbeelding van Gosewijn van Wiedenfelt (links) en Bertrand Gachet (rechts).


Lijkstatie Ernst Casimir, 1633

Op deze prent gaat het Hof van de overleden stadhouder de kerk te Leeuwarden in,
waarbij Gosewijn in één van de achterste rijen meeloopt.


Familiewapen
Het wapen bestaat uit een vos die een lam in zijn bek heeft.
Ook het helmteken is een vos.

Er is nog een zegel met het wapen van Gosewijn van Wiedenfelt bewaard gebleven.
Bovenin zijn nog zijn de initialen G en W te zien, die blijkbaar verkeerdom in het 'cachet' zijn gesmeed, aangezien het uiteraard in spiegelbeeld zou moeten.


Familiewapen Van Wiedenfelt


Zegel met het wapen van Gosewijn van Wiedenfelt. 


Familieleden in het leger
  • Vermoedelijk zijn zoon, Andries van Wiedenveldt (ong. 1640-?) was vaandrig
  • Zijn zwager, Johan van Aysma (1604-1659) was kapitein
  • Zijn neef Johan van Andla (ong. 1640-1680?) was kapitein en majoor.
Vaandel
niet bekend.

Gosewijn van Wiedenfelt (1601/1602-
U1671)
* Kapitein van 1637-1666
* Hoogste militaire functie: sergeant-majoor
* Woonplaats: Cornjum
Compagnie nr. 32
* Voorganger: Goslick van Herema
* Opvolger: Wopcke van Roorda
Compagnie nr. 13
* Voorganger: Atte van Hettinga
* Opvolger: Johan van Andla

 


Samen met Jeroen Punt (NMM) proberen we de lijsten van Friese compagnies zoveel mogelijk te reconstrueren.
 
Friese Nassause Regiment
Kapitein


Friese Nassause Regiment
Luitenant
  1. Rienck van Sytzama
Groninger Nassause Regiment
 
Kapitein
  1. Boiocko van der Wenghe
Hoogduitse Nassause RegimentKapitein

Geen opmerkingen:

Een reactie posten