Exact 150 jaar
geleden werd de middeleeuwse kerk van Schettens afgebroken. Achteraf
wellicht de grootste fout ooit in dit dorp gemaakt, echter men leefde toen
in een heel andere tijd.
In 1865 was er nog geen Monumentenzorg of enig andere overheidsinstantie die waakte over historische gebouwen. In die tijd werden in het gehele land nog regelmatig historische gebouwen afgebroken en het was Victor de Stuers die in 1873 het artikel 'Holland op zijn smalst' publiceerde, wat beschouwd werd als het begin van 'Monumentenzorg'. Toch zou het nog vele jaren duren voordat e.e.a. pas goed was geregeld.
In 1865 was er nog geen Monumentenzorg of enig andere overheidsinstantie die waakte over historische gebouwen. In die tijd werden in het gehele land nog regelmatig historische gebouwen afgebroken en het was Victor de Stuers die in 1873 het artikel 'Holland op zijn smalst' publiceerde, wat beschouwd werd als het begin van 'Monumentenzorg'. Toch zou het nog vele jaren duren voordat e.e.a. pas goed was geregeld.
In 1930
verscheen 'Voorlopige lijst van monumenten van geschiedenis en kunst',
waarvan het Friese deel in 1930 verscheen. De omschrijving van de
Schettenser kerk die hierin stond, is tot op de dag van vandaag nog steeds
de officiële monumentenomschrijving. De omschrijving heeft uiteraard
betrekking op de nieuwe kerk van 1866:
Ned.Herv.Kerk, vanwege een grafkelder een grote zerk door mr B.G. 1544. Twee
zerken door P. Claes en een door Jacob Douwes 1639. Tweeklaviers orgel in
1891 gemaakt door Gebr. van Oeckelen. Mechanisch torenuurwerk.
De boeren van Schettens waren waarschijnlijk wel zelfbewust te noemen en het waren immers boeren die hier kerkvoogd waren. Zelf zullen ze ook nieuwe boerderijen hebben laten bouwen of in ieder geval zagen de overal in de buurt nieuwe bouwwerken verschijnen. Alles gebouwd naar de laatste eisen van de tijd en ook hier werden dus de oude middeleeuwse boerderijen afgebroken om plaats te maken voor een nieuwerwetse stjelp.
Zoals gezegd
werd er in 1865 heel anders tegen monumenten aangekeken. Men was vooral
praktisch ingesteld, dus een gebouw was er in de eerste plaats voor het
gebruik. Daarnaast beleefde de landbouw in de Zuidwesthoek in die jaren een
enorme 'hausse' en nam de welvaart in Schettens daardoor ook enorm toe. De
kerk had zelf ook nogal wat grond in bezit, waardoor de opbrengsten ook
toenamen. De kerkvoogdij van Schettens was toen zoals eerder geschreven nog
zelfstandig en de kas was door de bloeiende economie goed gevuld.
Nog een andere
reden voor afbraak zal de toestand van de kerk zijn geweest. De kerk
wordt namelijk 'bouwvallig' genoemd, iets wat duidt op behoorlijke
technische gebreken. Was er soms jarenlang niet onderhoud aan gepleegd?
Of was het 'roeien tegen de stroming in'?
In de meeste
dorpen die minder geld in kas hadden, werd dan meestal wel besloten om de
kerk toch maar weer op te knappen. Hier werd dus zoals gezegd een
ander besluit genomen. Veel is er overigens niet over geschreven in de
notulen. Van de kerkvoogdij helemaal niets, want die deden daar toch nog
niet aan. Alleen in de kerkenraadsnotulen werden er een paar, overigens niet
onbelangrijke' zinnen aan gewijd:
Den 18 Junij 1865 - 50tig jarige Godsdienstige en Burgelijke feestviering
van de overwinning bij Waterloo. Toen is er in de bouwvallig geworden
Kerk te Schettens, 's namiddags voor het laatst gepredikt.
van de overwinning bij Waterloo. Toen is er in de bouwvallig geworden
Kerk te Schettens, 's namiddags voor het laatst gepredikt.
Meer woorden
werden er dus niet over geschreven!
Kort na zondag 18 juni zal er een begin zijn gemaakt met de sloopwerkzaamheden. Bijna de gehele kerk werd hiervoor afgebroken waarbij maar een paar onderdelen werden 'hergebruikt'.
Voor zover bekend waren dat:
- de oude eiken gebinten
- een gedeelte metselwerk aan de zuidkant van de kerk, die 18e eeuws zou zijn.
- de oude zerken in de kerk
- de helm en degen, die voor in de kerk hangen.
- het vaantje op het schip, die er nog steeds op zit.
- de klok en het smeedijzeren uurwerk
Kort na zondag 18 juni zal er een begin zijn gemaakt met de sloopwerkzaamheden. Bijna de gehele kerk werd hiervoor afgebroken waarbij maar een paar onderdelen werden 'hergebruikt'.
Voor zover bekend waren dat:
- de oude eiken gebinten
- een gedeelte metselwerk aan de zuidkant van de kerk, die 18e eeuws zou zijn.
- de oude zerken in de kerk
- de helm en degen, die voor in de kerk hangen.
- het vaantje op het schip, die er nog steeds op zit.
- de klok en het smeedijzeren uurwerk
Geen opmerkingen:
Een reactie posten