woensdag 13 december 2017

Johan Willem Sonius, begraven te Ferwerd

In de Hervormde kerk te Ferwerd ligt onder de kerkvloer een oude zerk verscholen.
Helaas is er slechts een klein stuk bekend wat op foto is gezet. Gelukkig is de tekst ons wel bekend, doordat het op een bouwtekening is genoteerd tijdens de restauratie uit 1926-1927.

De tekst is als volgt:

1667 den 12 april is in den heere gerust de eerbaare en deugdrijcke Margaretha van Aytsma wed. van van Hilari Hoitsma olt omtrent 55 jaren en leit alhier begraven

1702 den 4 september is christelijck gerust de eer[same] ...r Johan Willem Socin olt in sijn 41 jaer en leit mede alhier begraven



'
Margaretha van Aytsma is snel herkend als Margaretha Hotses van Aysma (1612-1667), die ondertrouwde in 1633 te Wirdum. Hier woonden haar vader en grootvader ook al langere tijd.
Hille Hoijtsma was afkomstig van Buitenpost en was 'collecteur generaal der bieren'.

Uit dit huwelijk zal omstreeks 1635 Catharina (of: Trijn) van Hoitsema zijn geboren. Zij ondertrouwde op 1 december 1660 te Leeuwarden met Adam Sohnius.

Adam was van beroep 'dispensier', wat een 'huisbestuurder of beheerder provisiekamer' is.
Hij zal eveneens omstreeks 1625-1630 zijn geboren, omdat hij in 1657 belijdenis te Leeuwarden deed. Later kom ik hem nog tegen in een lijst van testamenten, als hij in 1680 collecteur van de Hollandse bieren is, net als zijn schoonvader. Via een andere bron is hij hetzelfde jaar overigens schrijver van een compagnie te voet.
Gezien de zeldzaamheid van deze achternaam, lijkt het hier wel om dezelfde persoon te gaan.

Adam zal eerder ook gehuwd zijn geweest, omdat in 1650 een Catarina Sonius wordt gedoopt te Leeuwarden.

Uit zijn huwelijk met Catharina van Hoitsema zal in 1661 Johan Willem Sonius zijn geboren, ook wel Johannes genaamd. Hij zal dus degene zijn die op 4 september 1702 is overleden en begraven te Ferwerd. De naam is dus niet 'Socin' maar Sonius, al lijkt er op zijn grafsteen nog een andere spellingsvariant te staan.

Van Johan is nog weinig bekend, slechts dat een Johannes Sonius in 1698 eigenaar was van stem 51 te Tjerkwerd en hij was toen woonachtig te Leeuwarden. In 1640 was deze stem 51 reeds eigenaar van zijn overgrootvader Ulbe Hilles (Hoytsma).

Roots in Duitsland
De achternaam Sonius is afkomstig uit Duitsland. Johan zijn vader Adam is bekend met de achternaam Sohnius, maar ook als Sohn.

Grootvader Johan Wilhelm Sohnius (ong. 1600-1659) was van 1625-1641 'raad en secretaris' van de Friese Stadhouder Ernst Casimir en na diens overlijden Hendrik Casimir van Nassau. Tenslotte diende hij ook Willem Frederik, maar die ontsloeg hem in 1641 nadat Johan de stadhouder suggereerde dat de stadhouder het katholicisme weer zou willen invoeren. Ook probeerde Johan, samen met een Van Oostheim, de benoeming van Frederik Willem als stadhouder tegen te houden!

Hierna was Johan kapitein van een infanterieregiment van 1646-1659 en commandant van de stad Emden. Het leger speelde ook bij de familie Sohnius duidelijk een belangrijke rol, net als bij de familie Van Aysma.

Johan was volgens een bron gehuwd geweest met (1) een dochter van dr. Martin Naurath, die 'Amtmann' in Diez was en die daar met diverse familieleden een 'familienetwerk' van ambtenaren vormde die de Nassaulanden beheerden. Uit dit huwelijk zal omstreeks 1630 bovengenoemde Adam geboren zijn.

Op 31 oktober 1634 ondertrouwde Johan te Leeuwarden met (2) Tyackien Redeckers, afkomstig uit het 'Olden Ambt' in Noord-Brabant.

Zijn derde huwelijk was met (3) Sijthje van Aysma in 1639 te Leeuwarden. Zij was een dochter van Johan Doeckes van Aysma en Bauck Tjallingsdr. van Wijckel. Zij woonden te Ferwerd en daar zal dan ook de link van Sohnius met dit dorp vandaan komen!
Wellicht waren de kerken van Leeuwarden, waar Johan Sohnius woonde, helemaal vol en koos hij daarom voor een plek bij zijn oma in Ferwerd. De kans bestaat overigens dat hij deze grafruimte met de steen daarop, van zijn oma via zijn moeder had geërfd en dat zal voordeliger zijn geweest dan elders een eigen graf kopen.

Sijthje van Aysma overleed in of kort na het kraambed van hun dochter Anna Catharina Sohn, die op 19 maart 1640 te Marrum werd gedoopt.

Johan huwde nog éénmaal, op 3 juni 1643 te Leeuwarden met (4) Foeck van Ornia, oorspronkelijk van Dokkum en weduwe van de Franeker burgemeester Willem Staeckmans.

Tot slot nog even over de twee genoemde vrouwelijke Aysma's: Margaretha Hotzedr. van Aysma en Sijtje Johansdr. van Aysma. Zij zijn achter-achternicht van elkaar.

------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------



Eerste Generatie

1.  Johan Wilhelm Sohnius titel: Dr., ook bekend als Johan Willem Sohn, ook bekend als Johann Wilhelm Sohnius, ook bekend als Johan Wilhelm Sonius,[1] ook bekend als Johan Wilhelm Son,1 geboren ABT 1600,[2] beroep raad en secretaris vd stadhouder, kapitein infanterie (1646-1659),[3],[4] overleden 22 Jun 1659.  Was kapitein infanterie van 1646-1659 en commandant van Emden.
     Was van 1625-1641 raad en secretaris van de Friese Stadhouder Ernst Casimir van Nassau en daarna van die zijn zoon Hendrik Casimir en tenslotte ontslagen door Willem Frederik in 1641.
     Hij werd lidmaat in Ferwerd in 1641, gekomen van Leeuwarden en vertrok later weer naar Leeuwarden.
     In 1640 werd zijn dochter in Marrum geboren, alweer een 'Aysmaslot' heeft gestaan, waar de ouders van zijn vrouw Sijthje woonden.
    
     In 1654, 1657, 1658 was hij president van het Krijgsgerecht van Stad en Lande (zie brieven van hem in het K.A. met Stadhouder Willem Frederik).

     Hij was getrouwd met (1) N.N. Naurath (dochter van Martin Naurath en N.N.).

                             Kinderen:
            2.       i.     Adam Sohnius geb. ABT 1630.

     Hij trouwde (2) Tyackien Redeckers.  Zij waren in ondertrouw op 31 Okt 1634 in Leeuwarden,1 (zie info 1).  Tyackien: Zij is afkomstig van het Olden Ambt, NB.

    
     Hij trouwde[5] (3) Sijthje van Aysma, ook bekend als Syttie van Aysma,3,1 ook bekend als Sydtje van Aysma,[6] geboren ABT 1610,2 (dochter van Johan Doeckes van Aysma en Bauck Tjallinghd. van Wijckel), religie Hervormd,3 overleden ___ 1640 in Ferwerderadeel, Marrum.6  Zij waren in ondertrouw op 30 Mrt 1639 in Leeuwarden,3,1 (zie info 2).  Sijthje: Hervormde Gem. Leeuwarden: Derde proclamatie van 14 april 1639.
     Zij is in 1639 evenals haar vader bij de lidmaten van Marrum.

                             Kinderen:
                      ii.    Anna Catharina Sohn, gedoopt 19 Mrt 1640 in Ferwerderadeel, Marrum.1

     Hij trouwde (4) Foeck van Ornia, ook bekend als Foeckien van Ornia,1 geboren ABT 1600,2 (dochter van N.N. Ornia en N.N.).  Zij waren in ondertrouw op 3 Jun 1643 in Leeuwarden.1  Foeck: Afkomstig van Dokkum.


Tweede Generatie

2.  Adam Sohnius, ook bekend als Adam Sohjus,1 ook bekend als Adam Sonius,1 ook bekend als Adam Sohn, geboren ABT 1630,2 beroep dispensier,1 (zie info 3).  Ouders niet 100% zeker. Hij deed in 1657 belijdenis te Leeuwarden.
     Stadhouder Willem Frederik deed zijn best om hem aan een baantje te helpen als klerk en kapitein (bron: Creaturen van de macht: patronage bij Willem Frederik van Nassau (1613-1664), Door Geert H. Janssen).
     Hij komt voor in de lijst van testamenten (Tresoar), hij is in 1680 collecteur van de Hollandse bieren te Leeuwarden.
     (bron: http://www.mpaginae.nl/Testamenten/DDD2enEEE2tm7.htm)
     In 1680 is een Adam Sohnius schrijver van een compagnie te voet
     (bron: https://historischcentrumleeuwarden.nl/boedels/voornamen/a/n13.htm).

     Hij was getrouwd met (1) N.N..

                             Kinderen:
                      i.     Caterina Sonius, gedoopt 29 Nov 1650 in Leeuwarden.1

     Hij trouwde (2) Catharina van Hoitsema, ook bekend als Trijn van Hoytema, geboren ABT 1635,2 (dochter van Hille Ulbes Hoijtsma [collecteur generaal der bieren] en Margaretha Hotses van Aysma).  Zij waren in ondertrouw op 1 Dec 1660 in Leeuwarden (zie info 4).  Catharina: Woonde te Leeuwarden.

                             Kinderen:
                      ii.    Johannes Sonius, ook bekend als Johan Willem Sonius ?, geboren ___ 1661,[7] overleden 4 Sep 1702,7 begraven in Ferwerderadeel, Ferwerd.7  
                             Hij was in 1698 eigenaar  van stem 51 te Tjerkwerd en woonde toen te Leeuwarden.


Info 1  Attestatie afgegeven door de Herv. Gemeente te Leeuwarden op 6-11-1634.
Info 2  'zij is jonkvrouwe', genoemd bij de derde proclamatie op 14-4-1639.
Info 3  Dispansier: Ook wel dispencier, dispenseer of dispenseerder genoemd, wordt door Glasbergen alsvolgt omschreven: ‘a huisbestuurder, hofmeester, hospes (De [...] Oeconomus of Dispensier in ’t voorseyde Collegie (Theologie), sal houden twee Tafelen, en sulcks de Bursaelen aldaer tracteren [te eten geven].' (1592) b beheerder van de provisiekamer.’ In de doop- trouw- en begraafboeken van Delft (DTB-Delft) lezen we dat dispansier Symon Jans in 1590 in ondertrouw ging met Margrita van der Crasboom.
Info 4  Attestatie afgegeven door de Herv. Gemeente te Leeuwarden op 9-12-1660.







[1]  Internet: www.allefriezen.nl.
[2]  Aanname, nog niet 100% zeker.
[3]  Internet: www.tresoar.nl.
[4]  Samme Zijlstra, Het geleerde Friesland, studenten ca. 1380-1650.
[5]  De Haan Hettema en Van Halmael, Stamboek van den Frieschen Adel, 244.
[6]  Internet: http://www.simonwierstra.nl/AYSMA.htm.
[7]  Grafsteen Hervormde kerk te Ferwerd.




Bronnen:
www.walmar.nl
www.allefriezen.nl
It Beaken, 2013
S. Groenveld, ‘Diez, die Niederlande und Leeuwarden (16. bis frühes 18. Jahrhundert)’,


zondag 26 november 2017

Aysma wapen op herenbank te Akkrum

Wapen Aysma op herenbank in kerk te Akkrum

In de Hervormde kerk in Akkrum bevind zich een eikenhouten herenbank uit 1632 met daarop een viertal alliantiewapens. De wapens zijn nog in prima staat, wel zouden de wapens zijn herplaatst op een andere herenbank.

Het gaat hier om de vier grootouders van Hessel Jetzes van Sminia (1588-1670) en de ouders van zijn 1e en 2e vrouw.

Hessel huwde in november 1614 met Fopck Popckesdr. van Buma, afkomstig van Andringa State in Akkrum. Zij overleed al spoedig (in het kraambed?) na de geboorte van hun dochter Fockje.
In oktober 1623 huwde hij voor de 2e keer met Wijts van Hoppers, die ook niet veel later in 1626 overleed.
In 1636 huwde hij voor de 3e keer met Aefke Buwesdr. van Jeltinga, afkomstig van Buitenpost. Zij was toen weduwe van Pieter van Nijsten. Aefke overleed in 1656. Hessel bereikte zelf een hoge leeftijd, want hij overleed op 1 december 1670 op 82-jarige leeftijd.

Hessel Hotzes van Aysma en Wybrich van Buma waren de grootouders van kolonel Schelte van Aysma (1578-1637). Uit hun huwelijk zijn slechts twee kinderen bekend: Hotze van Aysma (vader van Schelte van Aysma) en Jeltje van Aysma.
Jeltje Hessels van Aysma huwde in 1582/1583 met Jetze Fransz. van Sminia en uit hun huwelijk is Hessel Jetzes van Sminia geboren. Zijn voornaam is dus afkomstig uit de Aysma familie.

Hessel was een volle neef van kolonel Schelte van Aysma uit Schettens.

Zie ook:
Van Aysma pagina
Kerk Akkrum
Foto: site RCE

Herenbank Hessel Jetzes van Sminia te Akkrum

Familiewapens van Jochem van Hoppers + Fedt Bockesdr. van Wiarda (ouders 2e vrouw, Wijts van Hoppers)

 Familiewapens van Popcke van Buma + Aeth van Andringa (ouders 1e vrouw, Fopck Popckesdr. van Buma)


Familiewapens van Frans Hillebrants van Sminia + Jusck Aesterfal (grootouders Hessel, van vaderskant)
 Van Sminia dus met de zandloper in het wapen EN als helmteken en de Heilige Michael, met de weegschaal, bij Aesterfal.

Familiewapens van Hessel Hotzes van Aysma + Wybrich van Buma (grootouders Hessel, van moederskant)

donderdag 5 oktober 2017

Zilveren kan met wapens Jeltinga - Aysma

In het Groninger Museum bevind zich een eenvoudige zilveren kan met een alliantiewapen erop.
Het bijschrift vermeldt dat het hier om twee Friese wapens gaat, maar zegt daar niet bij welke families dit betreft.

Dat maakt nieuwsgierig, maar de wapens zijn gelukkig gemakkelijk te herkennen.
Het gaat hier om de familiewapens Van Jeltinga en Van Aysma.



In deze combinatie kan ik slechts één huwelijk vinden, namelijk die van Gatze van Jeltinga die omstreeks 1590 trouwde met Jeltje Doeckesdr. van Aysma. Zij woonden op Riddersmastate te Kollum. In de Hervormde kerk bevindt zich een bank met hun wapens in het ruggeschot en het jaartal 1617. Deze bank heeft hun zoon Fecco laten plaatsen, omdat zijn vader in 1617 was overleden.

De wapens op de zilveren kan zijn identiek als die van de kerkbank. Alleen is de leeuw op de kerkbank 'naar rechts' afgebeeld, wat overigens foutief is. De uitkomende leeuw hoort naar links afgebeeld te zijn, dus het wapen op de kan is juist.
De kan zelf is volgens het bijschrift gemaakt in 1661 te Leeuwarden en de maker is helaas (nog) onbekend.
Het gaat hier om een vrij simpel model beker, met weinig versieringen.
De wapens zijn dus door een nazaat pas later aangebracht en wellicht maakte het deel uit van een serie.
Links: Jeltinga, rechts: Aysma


Dezelfde wapens in de kerkbank te Kollum



Verder staat er nog bij dat de kan is vererfd binnen de familie Clant Bindervoet.
Deze verervings-lijn zou als volgt kunnen zijn:

1. Gatze van Jeltinga + Jeltje van Aysma
2. Fecke Gatzes van Jeltinga + Tiemck van Wijckel
3. Juliana van Jeltinga + Pier Andrieszn. van Sytzama
4. Pico Galenus van Sytzama + Johanna Judith van Blanckvoort
5. Fecco Dominicus van Sytzama + Anna Clant
6. Edzard Jacob Clant (zus van bovengenoemde Anna) + Swana Aldegonda Gruys
7. Maurits Clant + Everdina Josina Lewe
8. Josina Edsardina Jacoba Clant + Pieter Bindervoet
9. Maurits Clant Bindervoet + Hittje Gerharda Wilhelmina Piccardt


Hierna kan de kan nog enkele generaties in de familie Clant Bindervoet zijn vererfd. In ieder geval is het voorwerp nu in het Groninger Museum te bewonderen.

dinsdag 12 september 2017

Gevelsteen van de boerderij de Grote Tijm te Witmarsum

Mensen met de achternaam Tijmstra of Tymstra, hebben hun roots in Witmarsum.
Aan de Marneweg tussen Schettens en Witmarsum, bevinden zich twee boerderijen vlak bij elkaar. Dit zijn de Grote Tijm en, even verderop het doodlopende weggetje in, de Kleine Tijm.

De bewoners ervan noemden zich op een gegeven moment Tijmstra en de eerste vermelding dateert van 1775. In 1985 kwam er een mooi genealogieboek uit over deze boerenfamilie, waar nog veel meer van dit soort informatie in staat.

De voorgevel van de Grote Tijm (nu Marneweg 3 te Witmarsum) bevat een gevelsteen met een interessante tekst:

De eerste steen van dit
gebouw is gelegd door
THIJS T. REITSMA
den 8 April 1875 gesticht
door TJALLE T. REITSMA
en HINKE [Y] JANSEN
gebouwd door S.H. RUNIA

De boerderij werd dus in opdracht gebouwd van Tjalle Thijsses Reitsma (1824-1891) en Hinke Ypes Jansen (1827-1890), veehouders te Witmarsum.

Beiden waren afkomstig uit een echte boerenfamilie en ze zochten vaak hun huwelijkspartners in dezelfde families. Zo trouwde een broer van Tjalle, Bauke, met een zus van Hinke, genaamd Fettje.
Drie broers, Tjalle, Bauke en Douwe Thijsses Reitsma waren in 1875 eigenaar van de Kleine Tijm.

Het was uiteraard hun zoon Thijs die de 1e steen van de nieuwe boerderij mocht leggen. Meestal was het dan een jong kind, maar in dit geval was Thijs al 21 jaar, maar nog wel vrijgezel.
Zijn ouders zullen echter zeer blij geweest zijn dat hij volwassen was geworden, omdat twee broers en een zusje van hem jong waren gestorven.
Jaitske was vier jaar geworden, een oudere broer Thijs slechts 8 maanden en Ype maar 5 weken.

Toch trouwde hij nog op 38 jarige leeftijd met de 15 jaar jongere Feikje Taekes Tjeerdema, geboren in Schettens. Op 2 mei 1891 trouwde hij in Wonseradeel, echter zijn beide ouders waren kort daarvoor overleden wat een domper aan de feestvreugde zal hebben gegeven.

Het huwelijk van Thijs, die eigenaar was van zowel de Grote als Kleine Tijm, en Feikje bleef kinderloos.

Tenslotte staat op de steen ook de aannemer vermeld, iets wat overigens wel vaker gebeurde. Nog niet eerder kwam ik echter de naam van timmerman Schelte Hendriks Runia (1840-1918) tegen.
Schelte zal de timmerzaak te Schraard van zijn vader hebben overgenomen toen die in 1859 al overleed.

Foto: familie Van Koppen

zaterdag 24 juni 2017

Doodsbaar van Hessel van Aysma te Oudkerk

In het koetshuis van museum 'Fogelsanghstate' te Veenklooster wordt een oude doodsbaar goed bewaard. Het is echter afkomstig van het landgoed 'De Klinze' uit Oudkerk en was in 2001 in eigendom van mevr. T. van Baerdt van Sminia-Hempenius uit Oudkerk. Hoe en wanneer de baar precies in Veenklooster terecht is gekomen is mij niet bekend.

De baar, waarop vroeger de doodskisten werden gedragen, hangt tegen het plafond en er zijn drie wapens op geschilderd.

Het gaat hier om de volgende familiewapens: 1. Van Aysma 2. Van Sminia 3. Van Walta

De buitenste twee wapens zijn het oudst en stonden oorspronkelijk op deze baar.
Het zijn de wapens van Hessel Hotzes van Aysma (ong. 1580-ong. 1635) en Trijn Sijbrens van Walta (ong. 1598-1667). Zij waren in 1634 gehuwd te Sneek.
Het middelste wapen is dat van Hobbe Baerdt van Sminia, geboren 1655. Dit wapen is later tussen de beide andere wapen aangebracht.

Hessel van Aysma was in 1628 kapitein in het leger. Hij was officier in het leger van de Friese stadhouder; een beroep die veel familieleden uitoefenden. Hij is al zo'n 35 jaar oud als hij met Trijn (of: Catharina) van Walta huwt. Zij was een paar jaar eerder weduwe geworden van Gijsbertus Arents van Arentsma. Ook zij woonden al in Oudkerk, wellicht al op de Klinze.

Omstreeks 1635 wordt het enigste kind van Hessel en Trijn geboren. Omdat het kind net als zijn vader Hessel komt te heten, is de kans groot dat zijn vader kort voor zijn geboorte is overleden. Hessel junior is in Oudkerk geboren en werd in 1667 burger van Leeuwarden.
Hij huwt in 1662 aldaar met Hester Alberts van Loo, een dochter van Albert van Loo en Machteld van Arentsma (of: Aernsma). Machteld was weer een zus van de eerder genoemde Gijsbertus van Arentsma.

In 1685 komt Hester van Loo te overlijden en wellicht dankzij haar erfenis laat hij een nieuwe state bouwen, waar voorheen "Oppe clincke" stond. Het kwam vanaf toen Aysma State te heten, uiteraard naar de nieuwe eigenaar.  De kans is aanwezig dat Hessel, die dus in Oudkerk was geboren, de oude state al in eigendom had en daarom op deze plek een nieuwe state liet optrekken.
Lang heeft Hessel er echter niet van kunnen genieten. Volgens overlevering kon hij de timmerman niet betalen. In 1687 kocht zijn achterneef Hobbe Baerdt van Sminia (1655-1721) de state van de curator uit de boedel van Hessel van Aysma. De Van Sminia's zijn tot 1966 eigenaar van deze state gebleven.

De familieband tussen Hessel en Hobbe kans als volgt worden verklaard: de overgrootmoeder van Hobbe van vaderskant was namelijk Jeltje Hessels van Aysma.


Bronnen:
1. Keppelstok nr. 62, juni 2001. 'Doodsbaren met teksten' van Sytse ten Hoeve
2. http://www.stinseninfriesland.nl/DeKlinze.htm
3. De Klinze .Het leven op een buitenplaats in Oudkerk, 1681-1966, door Yme Kuiper



Onder: doodsbaar te Oudkerk. Foto via Henk Bosma ontvangen

maandag 27 februari 2017

Memoriesteen toren 1817 (II)

Reeds in aflevering 32, van december 2002, werd er een historie gewijd aan de memoriesteen in de toren van Schettens.
Destijds, dus bijna 15 jaar terug alweer, was het mijn eerste kennismaking met deze steen.
Hij zat ingemetseld boven een eigenaardig 'venster' in dezelfde toren en diende als een soort deksteen.
Omdat de steen helemaal tegen het plafond zat in de uurwerkkamer, was er verder ook bijna niemand die de steen ooit zag.

Nu de kerk dan eindelijk gerestaureerd wordt, ontstond het idee om deze steen een waardiger plek te geven.

Het vergde echter eerst wat breek- en sloopwerk van bouwbedrijf Van der Vegt uit Weidum. Maar uiteindelijk werd de steen gelicht, zodat de complete tekst ontcijferd kon worden. Doordat er nog cementresten op de steen zit, was dat best nog wel lastig.
Verder is de steen van het zachte materiaal zandsteen gemaakt, waardoor hij enigszins beschadigd is geraakt in de loop van de tijd.

De complete tekst is als volgt:

1817 DEN 13 MEI HEEFT SJOERD
BAUKES DE WITTE DEN EER
STE STEEN AAN DEZE TO
REN GELEGD. ALS KERKVOOG
DEN WAREN B.S. DE WITTE ASSESSOR
DER GRIETENIJE WONSERADEEL
EN S.S. BAARDA
 

Toen de steen nog in de toren zat kon ik zo'n 60% van de steen lezen met behulp van een zaklamp. Grootste verschil met de tekst van toen is dat Bauke Sjoerds de Witte zijn functie erbij staat vermeld. Bauke was dus 'assessor der grietenije Wonseradeel'.  Voor de Franse tijd (1795-1813) bestond het gemeentebestuur eeuwenlang uit de grietman en bijzitters. Deze bijzitters werden vanaf de Franse overheersing 'assessors' genoemd en sinds de invoering van de nieuwe Gemeentewet van 1851 werden dit wethouders.

Sjoerd was dus nogal trots op zijn 'nevenfunctie' in onze gemeente en liet deze dan ook voluit inbeitelen.
 
Het is de bedoeling om deze steen straks weer in de toren aan te brengen, maar dan op de begane grond, zodat iedereen de steen kan bewonderen.






zondag 29 januari 2017

Achterkant predikantenbord Schettens 'ontdekt

Het zal niemand in Schettens zijn ontgaan dat de Hervormde kerk van Schettens momenteel intensief wordt gerestaureerd.
En bij kerkwerkzaamheden worden meestal wel interessante vondsten gedaan.

Zo werden eind vorig jaar de predikantenborden van de muur gehaald, welke daar al heel lang hebben gehangen.
Hoe lang precies was niet bekend, maar uit eigen onderzoek bleek dat ze tussen 1902 en 1919 gemaakt moesten zijn.
Onze predikant, ds. Anton F. Smit (1864-1941), had zich nog intensief met het predikantenoverzicht bemoeid en hij begon hier in 1902.
De borden werden geschilderd door mr. schilder Gerard Knorr uit Schettens, die in 1919 overleed.

Groot was dan ook de verrassing toen de achterkant van het linker bord beschreven was.
De tekst is als volgt:

'deze borden zijn gemaakt
1908 door Gatze Roedema
Mr. Timmerman alhier
en geschilderd door Gerard Knorr
Mr. Schilder alhier
op last van H.H. Kerkvoogden
Tjalling P. Spijksma, voorz.
Tjalle B. Reitsma, sec.
Melle H. van Dijk, Adm.
Als predikant was
A.G.F. Smit
Als koster sedert 1 Juni 1893
Tjomme Abes Ozinga'

Gatze Keimpes Roedema (1865-1950) was een bekende Schettenser en zal aan veel huizen en boerderijen timmerwerk hebben verricht.
1908 was voor hem een belangrijk jaar. Hij bouwde in dit jaar zijn timmerschuur bij zijn woning, welke pas op 4 januari dit jaar werd afgebroken.
In hetzelfde jaar kwam hij op de kiek voor een prachtige, inmiddels zeldzame, ansichtkaart. En, last but not least, kreeg hij opdracht om de twee predikantenborden te maken, die gebroederlijk naast de kansel kwamen te hangen.

Gerard Knorr (1856-1919) was dus mr. schilder en net als Gatze was hij Hervormd en kreeg hierdoor opdrachten van de kerk.
Zijn naam was wel bekend, omdat hij de voorkant had gesigneerd met zijn naam.

Dan de drie kerkvoogden. Dit drietal was in dit gezelschap 14 jaar lang het bestuur van de kerkvoogdij, namelijk van 1902-1915.
Tjalling Piers Spijksma (1846-1926) was de nestor van het drietal.  Reeds in 1891 was hij al tot kerkvoogd benoemd, in die tijd telkens per 1 januari van het jaar. Sinds 1902 vervulde hij de functie van voorzitter.
Tjalle Baukes Reitsma (1862-1916) werd in 1902 gekozen als secretaris, welke functie tot die tijd door Tjalling was vervuld.
Melle Hanzes van Dijk (1866-1937) was in 1895 gekozen door de stemgerechtigde lidmaten van onze gemeente.

Het leukst is misschien wel de vermelding van koster Tjomme Abes Ozinga. Niet vaak zie je de koster vermeld staan, maar in dit geval was Tjomme ook niet zomaar een koster. Hij was o.a. timmermansknecht bij mr. timmerman Keimpe Roedema uit Longerhouw. Onlangs troffen we ook al zijn naam aan in de vaas op het orgel te Schettens met het jaartal 1894. Omdat hij timmerman was heeft hij wellicht ook meegeholpen bij het maken en ophangen van de borden. Tenslotte was hij ook de vaste bode van het dorp. Na  zijn overlijden werd dan ook de begrafenisvereniging opgericht, waardoor hij de laatste 'omzegger' was.
Tjomme is dus koster van de kerk te Schettens geworden op 1 juni 1893. Daarvoor vervulden de schoolmeesters altijd deze functie, maar daar kwam dus met de benoeming van Tjomme een eind aan.






André A. Buwalda
e-mail:
fam.aabuwalda@home.nl
HOMEPAGE:
www.andrebuwalda.nl


zondag 22 januari 2017

Prachtige gevelsteen van Armhuis te Arum

Tijdens een fietstocht vandaag kwam ik door Arum, waar een huis aan de Schoolstraat 4-6 is voorzien van een prachtige gevelsteen.
In het middenveld staan twee vrouwenfiguren afgebeeld.
Zij houden een banderolle vast met de tekst 'Geeft u wort geven'.
Hieronder staat LUC VI vers 38.

Aan beide kanten van de personen staan tekstvelden met een latijnse tekst:
Aan de linkerkant: 
Abel, pinque dabo sacrum
macrum non sacrificabo

Aan de rechterkant:
Cain, Non debo pinque sacrum
sacrificabo macrum

De vertaling van de tekst bij Kain is:  'ik zal een mager offer brengen, geen vet' en bij Abel is het net andersom.

In het grote veld eronder staat de tekst:

KERCK-HUISEN, GAST-ARMENHUISEN ZYN GODES GEBOUWEN
DIE CHRISTI LEER DER ARMEN SORG GEBOU BEHOUWEN
SOO WIERD ARUMS KERCK STICHTELYCK VAN NIEW HERBOUT
SOO WIERD DIT ARMEN WERCK PLICHTLYCK NOCH NIEWS AENGEBOUT
NOTURNUS HUNC NOBIS PHARASAESEI TOLLERE CRISTUS
HIC VOLUMUS DOMINO ARUMS PLENAS REDDERE ARISTAS

DE KERCK HERBOUWT Ao 1628
T ARMHUYS AENGEBOUWT Ao 1662 

In 1628 werd de kerk van Arum dus herbouwd en 34 jaar later, in 1662, werd er een armhuis 'aangebouwd'. De kerk is dus in 1836 afgebrand, waardoor de huidige kerk van 1837 dateert.
Zoals de tekst aangeeft, stond het armhuis dus tegen de kerk aan, waardoor ook dit huis in 1836 is afgebrand. De gevelsteen is later in een huis van de kerk in Arum herplaatst.


Wie een correcte vertaling van de laatste latijnse tekst kan geven, gelieve contact op te nemen...


Afbeeldingsresultaat voor kerk arum

zie ook: 
  1. http://www.gevelstenen.net/kerninventarisatie/plaatsenNed/Arum.htm
  2. https://nl.wikipedia.org/wiki/Hervormde_kerk_(Arum)
  3. http://89.200.200.165/CMS/api/file/saft/1d0f60d16ab51c2d36da8e23eae6eff9
  4. Foto kerk van: http://rijksmonumenten.nl/monument/39321/hervormde-kerk-en-toren/arum/
  5. Bloedmooi Wunseradiel